SV | God breide Jafeth uit, en hij wone in Sems tenten! en Kanaan zij hem een knecht! |
WLC | יַ֤פְתְּ אֱלֹהִים֙ לְיֶ֔פֶת וְיִשְׁכֹּ֖ן בְּאָֽהֳלֵי־שֵׁ֑ם וִיהִ֥י כְנַ֖עַן עֶ֥בֶד לָֽמֹו׃ |
Trans. | yafətə ’ĕlōhîm ləyefeṯ wəyišəkōn bə’âŏlê-šēm wîhî ḵəna‘an ‘eḇeḏ lāmwō: |
God breide Jafeth uit, en hij wone in Sems tenten!
en Kanaan zij hem een knecht!
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
God breide Jafeth uit, en hij wone in Sems tenten! en Kanaan zij hem een knecht!
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!